Broers maken nieuwe herinneringen
De pijnlijke herinneringen aan de verwaarlozing waar Oba* als kind aan werd blootgesteld, sluipen vaak zijn bewustzijn binnen. Ondanks zijn verwoede pogingen om deze herinneringen te begraven. De pijn en woede is niet zo acuut en overweldigend als voorheen. De liefdevolle en verzorgende omgeving waarin Oba de afgelopen twaalf jaar is opgegroeid, evenals de psychosociale ondersteuning die hij heeft gekregen, hebben hem in staat gesteld zijn jeugdtrauma te verwerken en ermee om te gaan.
Oba’s problemen begonnen toen zijn ouders uit elkaar gingen. Zijn moeder verhuisde met hem en zijn twee jongere broers, Wasi* en Domi*, om bij haar nicht te gaan wonen in een van de drukke bordelen in Lagos, de grootste stad van Nigeria. Een angstaanjagende plek voor een kind.
‘Ik voelde me irrelevant en onzichtbaar’
Oba: “Dit was een vuile plek met overal sigarettenpeuken. Kort nadat we waren ingetrokken, begon onze moeder drugs te gebruiken. In plaats van ons overdag naar school te sturen, stuurde ze ons de straten van Lagos op om te bedelen en liet ze ons aan ons lot over.”
“Wanneer we terugkwamen in het bordeel na een lange, moeilijke dag op straat, stoffig en vuil, zaten we in de rommelige kamer – niemand sprak tegen ons”, herinnert Oba zich. ‘Ik weet niet hoe oud ik was, zes misschien, maar ik herinner me dat ik me onzichtbaar voelde. Toen ik ouder werd, stopte ik met wachten tot mijn moeder zou veranderen; het leek erop dat drugs en alcohol belangrijker voor haar waren. Ik zei tegen mezelf dat ik op een dag voetballer of acteur zou worden om zo uit dit lelijke leven te kunnen stappen.”
Om zijn hoop waar te maken, moest er iets veranderen
Opgevangen in een SOS familie
In 2008 hebben welzijnswerkers de drie kinderen uit de zorg van hun moeder gehaald en samen bij SOS Kinderdorpen geplaatst. Naast het trauma van misbruik en verwaarlozing leden de kinderen ook onder een slechte gezondheid en hygiëne. Oba was toen acht jaar oud, Wasi, vijf en Domi, twee.
“Ik was in eerste instantie bang omdat ik niet wist wat er hier met ons zou gebeuren”, zegt Oba. “Ik nam afstand van de andere kinderen in het familiehuis en weigerde mijn SOS moeder toe te laten. Ik had een hekel aan mijn eigen moeder vanwege de pijn die ze ons had bezorgd, en mijn SOS moeder deed me alleen maar aan haar denken. Mijn broers waren jonger en meegaander. Maar ik was verdrietig en boos”, legt hij uit.
Noodzaak van psychosociale ondersteuning
Onifade Olubunmi, een maatschappelijk werker in het kinderdorp, hielp Oba zijn moeilijke verleden aan te pakken. “We houden altijd in gedachten dat de meeste kinderen en jongeren die alternatieve zorg nodig hebben, traumatische ervaringen hebben meegemaakt”, zegt mevrouw Olubunmi. “Ze hebben stabiliteit nodig en liefde. Naast een familievriendelijke omgeving die in al hun basisbehoeften voorziet, is het van cruciaal belang is dat kinderen psychosociale ondersteuning krijgen.”
“Een moeilijke kindertijd laat een diepgewortelde indruk achter op de mentale gezondheid van een kind. Het is heel belangrijk om hun traumatische ervaringen te helen, om hen in staat te stellen succesvol te integreren in de samenleving, om productieve volwassenen te worden. Wanneer trauma niet vroegtijdig wordt behandeld, ontwikkelen kinderen een laag zelfbeeld, een beschadigd gevoel van eigenwaarde en levenslange mentale en fysieke worstelingen”, legt ze uit.
Steun om het verleden een plek te geven
Oba zegt dat de sessies met mevrouw Olubunmi hem hebben geholpen om negatieve gevoelens voor zichzelf en anderen onder ogen te zien. “Ze heeft me begeleid en aangemoedigd; vertelde me dat ik het verdiende om gelukkig te zijn, succesvol te zijn en dat ik een grote rol te spelen had in het leven. Ik was eerst bang om met andere mensen om te gaan, omdat ik dacht dat ze beter waren dan ik. En ik had geen vertrouwen. Ik was schuchter en verlegen.”
“Door met mijn verleden om te gaan, het een plek te geven, ben ik van gedachten veranderd over mezelf en over het leven’, voegt hij eraan toe.
Zijn veranderde kijk hielp ook bij het verbeteren van zijn relatie met zijn SOS moeder. “Pas toen ik eenmaal begreep wat het betekent om van een kind te houden, om me veilig te voelen en anderen te kunnen vertrouwen, kon ik me open stellen en blij voelen over mijn SOS moeder. Iemand die perfect voor me zorgt, zoals mijn eigen moeder dat had moeten doen…” vervolgt Oba.
Relatie met biologische moeder
Hun biologische moeder komt soms schreeuwend naar het kinderdorp dat ze haar kinderen terug wil. “Ze moet gekalmeerd worden en gerustgesteld dat het goed met ons gaat”, zegt Oba. “Ze is mijn biologische moeder en ik vind het fijn dat ik dat weet, maar ik vind het niet leuk hoe ze een scène veroorzaakt als ze ons komt bezoeken. Ik heb een conflict tussen het nastreven van een relatie met haar of het vermijden van een relatie, omdat ik weet dat beide keuzes mij pijn zullen doen.”
Pogingen om Oba’s moeder te ondersteunen bij het overwinnen van haar drugsverslaving en het genereren van inkomen, hebben vooralsnog geen vruchten afgeworpen.
Nu 20 jaar oud, studeert Oba werktuigbouwkunde aan een technische school; Wasi, 17, zit op de middelbare school en wil robotica-ingenieur worden, terwijl Domi, 14, in zijn eerste jaar van de middelbare school zit.
Nieuwe herinneringen creëren
Ze wonen nog steeds af en toe therapiesessies bij om de aanhoudende effecten van hun verleden aan te pakken. “We prijzen onszelf enorm gelukkig dat ons niets ergs is overkomen op straat of in het bordeel”, besluit Oba. “Tegelijkertijd bekruipt me soms nog het gevoel dat we veel belangrijke ervaringen hebben gemist, die kinderen met zorgzame ouders wel hebben mogen ervaren. Dat blijft moeilijk. Gelukkig hebben we de kans gekregen om nieuwe herinneringen te creëren.”
* Namen gewijzigd om de privacy van de kinderen te beschermen.